Bart Doornwaard, directeur-eigenaar van de Vesten Groep, is sinds vorig jaar lid van I-ZO. Hij gelooft in het ‘samen dingen oplossen’, als ondernemer en als burger. Welke uitdagingen en verwachtingen heeft hij als intermediair van personeel in de bouw en de installatietechniek en als I-ZO-lid? Een interview.
Vesten is eigenlijk een verbastering van ‘vestigen’, legt Bart Doornwaard uit. De naam staat daarmee ook voor de kernwaarden: een organisatie waarbij je je thuis voelt, goed kunt aarden en waarmee je langetermijnrelaties aangaat. Met op dit moment 17 interne medewerkers en een vestiging in Deventer en in Ermelo, timmert hij sinds 2017 aan de weg.
Vesten heeft als kernactiviteit het bieden van interim-oplossingen. De Vesten Groep bestaat uit Vesten Engineering voor kantoortechnici in de installatiebranche, Vesten Vaklui voor uitvoerenden in de bouw en techniek en Vesten ZZP.
“Met onze zzp-bemiddeling proberen we ondernemers te helpen, te adviseren en in verbinding te brengen met specialisten voor hun ondernemerschap. We kunnen geen inkomstenbelasting of administratie voor ze doen, dat moeten ze zelf regelen. Maar we kunnen wel voorlichtingsavonden geven en ze op het hart drukken dat ze hun zaken goed moeten regelen.”
“Het doel van Vesten ZZP was om alles op het vlak van wet- en regelgeving en fiscaliteit optimaal in te regelen en maximaal te automatiseren en daar een mooi digitaal platform voor te bouwen. Daar zijn we nu goed mee op weg”, zegt Doornwaard.
Naast aan werk en gezin, wijdt hij zich ook enthousiast aan de Zwolse waterpolovereniging, als sporter en als voorzitter. “Het houdt mij fris om bezig te zijn met jongeren met ambitie, met topsport en jeugdbeleid. Ik vind het belangrijk om een steentje bij te dragen aan de maatschappij en het verenigingsleven.”
Kwaliteitslabel voor dienstverlening
“Op het moment dat je de zzp-bemiddeling goed wil neerzetten, moet je daar een kwaliteitslabel aan kunnen hangen. Daarom zijn wij vorig jaar lid geworden van branchevereniging I-ZO Nederland”, legt Doornwaard uit.
“I-ZO heeft nog geen kwaliteitslabel, maar dat is wel in de maak. Het is een vurige wens van mij dat het er binnenkort komt. Zo’n label moet voor de markt een garantie bieden dat een bemiddelaar aan een bepaald kwaliteitsniveau voldoet op het vlak van wet- en regelgeving, automatisering en professionaliteit.”
“Ik kom op de flexmarkt te vaak situaties tegen die we niet moeten willen,” zegt Doornwaard, “en het maakt niet uit of het dan gaat om uitzenders, detacheerders of zzp-bemiddelaars. Door die misstanden zie je dat er nu betere handhaving van de wetgeving nodig is. Als samenleving heb je goede richtlijnen en goede controle nodig. In onze keten ontbreekt het daaraan.”
“Dat de overheid meer wil reguleren en dat flex minder flex wordt, vind ik niet erg. Het lijkt me ook prima als er voor zzp’ers meer regulering komt, zoals een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering. Maar denk wel goed na over hoe je het gaat regelen en controleren”, is zijn advies aan de overheid.
Opdrachtgevers opvoeden
Er ligt niet alleen bij de overheid een rol bij het reguleren van de branche, vindt Doornwaard. Ook opdrachtgevers en bemiddelaars hebben hierin een verantwoordelijkheid. “Het valt mij op dat de kennis van wet- en regelgeving over flexibele arbeid vaak niet actueel genoeg is bij een deel van de opdrachtgevers. Wij hebben dus ook de taak om onze klanten goed te informeren.”
In de media wordt volgens hem soms teveel ingezoomd op de verantwoordelijkheid van de bemiddelaars, en niet genoeg op de rol van de opdrachtgevers. Als voorbeeld noemt hij de plicht van uitzendbureaus om discriminatie door opdrachtgevers te melden. “Door de media werd toen de uitzendbranche in de hoek gezet. Maar wat ik miste, was dat daarover ook kritische vragen aan de opdrachtgevers werden gesteld.”
Samen dingen oplossen
“Er gebeurt heel veel op het vlak van wet- en regelgeving. Ik vind het belangrijk om daarvan op de hoogte blijven”, zegt Doornwaard. Het lidmaatschap van I-ZO brengt hem nog meer: “Ik ga geregeld naar een netwerkbijeenkomst om collega-ondernemers te spreken. We zijn een netwerkorganisatie, en samen sta je sterker. Je kunt wel concurrenten van elkaar zijn, maar je kunt als concurrenten in de branche ook een heleboel van elkaar leren.”
“Ik hoop wel dat het ledenaantal van I-ZO nog gaat groeien, zodat we meer impact kunnen hebben en een groter gedeelte van de markt kunnen vertegenwoordigen. Als we echt wat willen bereiken aan de onderhandelingstafel, moeten we opschalen. Alles met als doel om de flexibele arbeidsmarkt samen goed te reguleren.”
“Daar zit voor mij de link met mijn eigen normen en waarden. Ik ben ondernemer, maar ik ben ook burger. Ik vind het normaal dat je als burger ook in het verenigingsleven wat doet, of iets doet voor de samenleving. Dat geldt ook voor onze branche: je zult met elkaar in verbinding moeten blijven om dingen goed te organiseren. Zolang je met elkaar in overleg blijft, moet je dingen samen kunnen oplossen.”