Het leek een prachtige win-win-oplossing, het Zorgplatform WorkFlow van zorgorganisaties uit de regio Rijnmond. Maar het initiatief kreeg forse kritiek uit de hoek van zzp’ers en leidde ook tot Kamervragen. Voer voor een interessante discussie.
Via het online platform WorkFlow kunnen OK-assistenten en anesthesiemedewerkers van negen ziekenhuizen uit de regio Rijnmond hun eigen rooster samenstellen. Daardoor kunnen zij, net als zzp’ers in de zorg, grotendeels zelf bepalen waar en wanneer zij werken.
Regionale werkgeversorganisatie deRotterdamseZorg faciliteert en managet het platform. In september 2022 gingen de eerste ‘flowers’ aan de slag in een proefproject.
Vrijheid van zzp’ers
“Voor veel zorgmedewerkers is het vinden van een goede werk/privébalans belangrijk”, zegt senior projectleider Robert Vossen over het initiatief op ZiPconomy. “Dit platform geeft hen de vrijheid – die zpp’ers ook hebben – om zelf te bepalen waar en wanneer zij werken.” Die vrijheid is echter niet onbeperkt: een voorwaarde is wel dat zij minimaal de helft van hun tijd werken in het ziekenhuis waar zij daadwerkelijk in loondienst zijn.
Deelnemers in loondienst
De deelnemers aan WorkFlow zijn dus werknemers en geen zzp’ers. Hun werkgever regelt voor hen de verzekeringen (ziekte, arbeidsongeschiktheid), pensioen en opleiding. Ze krijgen daarnaast een toeslag bovenop het salaris. Vossen: “Wij zien het als derde propositie, naast werknemer en zzp’er. We hopen dat medewerkers die overwegen uit loondienst te gaan en voor zichzelf willen beginnen, kiezen voor WorkFlow als alternatief.”
Sophie Veraart, communicatieadviseur, vult aan: ”We worden niet altijd goed begrepen. Berichten als zouden wij zzp’ers willen blokkeren, dragen daar niet aan bij. Dat is helemaal niet het doel van WorkFlow. We willen hen juist omarmen en een alternatief bieden voor als het zzp-schap geen optie is, bijvoorbeeld als onduidelijk is of er sprake is van schijnzelfstandigheid. Dan hebben wij een constructie die aansluit bij hun behoefte en voldoet aan wet- en regelgeving (Wet DBA).”
Kamervragen en reacties
Toch was niet iedereen even enthousiast over het WorkFlow-concept. GroenLinks heeft hierover zelfs Kamervragen gesteld naar aanleiding van een artikel in Trouw. De parlementariërs vroegen de verantwoordelijke minister of hier sprake is van schijnzelfstandigheid.
Het antwoord van Minister Van Gennip (SZW) op de Kamervragen is heel helder: de zorgmedewerkers aangesloten bij WorkFlow zijn in dienst bij één van de betrokken zorginstellingen. Zij zijn daarmee dus geen zelfstandigen en zeker geen schijnzelfstandigen.
Conform de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties
De minister van Langdurige Zorg (Helder) juicht initiatieven als WorkFlow zelfs zeer toe, zo blijkt uit de antwoorden op de Kamervragen: “Nieuwe vormen van werken in loondienst kunnen voorkomen dat mensen het loondienstverband (of eventueel zelfs de zorg) uit onvrede verlaten. Ook dragen dergelijke initiatieven bij aan een betere balans op de arbeidsmarkt, meer regie bij de zorginstellingen en lagere kosten. Dergelijke initiatieven dragen er verder aan bij dat werkgevers conform de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (Wet DBA) kunnen handelen.”
Wat vindt I-ZO van een constructie als WorkFlow?
“De krapte in de zorg wordt steeds problematischer”, zegt I-ZO-voorzitter Josien van Breda. “Ik kan me goed voorstellen dat zorginstellingen hun krachten bundelen en met een initiatief als WorkFlow komen. Alle betrokkenen zoals intermediairs, zorginstellingen, brancheorganisaties en overheid zullen alles op alles moeten zetten om zorgverleners te behouden en nieuwe mensen te enthousiasmeren voor een baan in de zorg. Voor een deel van de personeelsleden van de deelnemende instellingen zal WorkFlow een passend alternatief zijn. Ik denk bijvoorbeeld aan de mensen die overwegen om zzp’er te worden en op deze manier al kunnen ervaren wat er zoal bij komt kijken.”
“Maar het lijkt mij zeker niet de bedoeling en wenselijk dat Workflow de enige manier van flexibel werken wordt. Wij volgen deze nieuwe ontwikkelingen met veel belangstelling en dragen vanuit onze positie graag een steentje bij aan een optimale flexibele schil in de zorg.”